9 juni 2018
Beleid vismigratie niet KRW-wateren
Op 15 mei 2018 heeft het Dagelijks Bestuur (DB) aan het Algemeen Bestuur (AB) voorgesteld om beleid voor vismigratie in wateren die niet vallen onder de Kaderrichtlijn Water (KRW) vast te stellen. Er zijn ons drie opties voorgehouden. Het DB stelde optie twee (faseren en prioriteren voor). Dat is voor ons ook echt het maximum. Voorgesteld is verder om het vismigratiebeleid in 2021 te evalueren.
Dit is best een moeilijk punt. Enerzijds kan de gedachte opkomen dat men van hogerhand wel van alles kan voorschrijven, ook in internationaal verband. Geld komt echter niet mee.
Anderzijds was door de rechtsvoorgangers een bepaald beleid ingezet. Dat nu niet gestand doen, is niet goed voor de beeldvorming.
Optie 3 (maximaliseren) gaat ons veel te ver. Optie 1(alleen voldoen aan de wettelijke zorgplicht) kan niet zonder ongeloofwaardig te worden. Daarom is inderdaad de uitvoerig geschetste optie 2 (faseren en prioriteren) de maximale voor ons.
Daarbij vragen wij vooral realisatie hiervan te combineren met toch noodzakelijk onderhoud en/of renovatie.
Wij gaan er vanuit dat optie 2 redelijk vergelijkbaar is met wat op pagina 2 iets boven ‘Probleemstelling’ staat, nl. “Beleidsuitgangspunt bij beide waterschappen was dat waar zinvol/functioneel gemalen visvriendelijk gemaakt en stuwen en gemalen vispasseerbaar worden gemaakt.” Dat is een nuchtere aanpak.
De kosten kunnen aanzienlijk zijn, vooral omdat we lezen dat deze erg uiteen lopen.
Volgens ons is dit voorstel niet goed. We zouden eerst moeten discussiëren over wat we hier jaarlijks aan willen besteden. Want we vrezen dat we anders hierdoor een ongewenste lastenstijging kunnen krijgen.
(Deze suggestie kreeg helaas weinig bijval.)
Jan Visscher