Gemeenten sturen brandbrief over waterschapsbelasting

Op 17 december jl. is aan de ingekomen stukken voor de vergadering van het Algemeen Bestuur (AB) op het laatste moment nog een brandbrief van de gemeenten toegevoegd. Gemeenten in het werkgebied van Waterschap Groot Salland (WGS) krijgen te maken met een opslag van 100% voor verharde openbare wegen op het tarief dat geldt voor een hectare onbebouwde grond. De heffing voor een hectare verharde openbare weg wordt in 2016 € 149,30 terwijl deze voor een ongebouwde onroerende zaak (meestal landbouwgrond) € 74,65 per hectare wordt.

De Gemeente Dalfsen heeft deze brief op 11 december 2015 verstuurd, mede namens de gemeenten Deventer, Hardenberg, Kampen, Olst-Wijhe, Raalte, Staphorst, Steenwijkerland en Zwartewaterland.
(Overigens heeft volgens ons Steenwijkerland geen of nagenoeg geen wegen in het werkgebied van WGS).

Waarom is deze brief verstuurd? Als gevolg van de fusie per 1 januari 2016 moeten in het werkgebied van de waterschappen Groot Salland en Reest en Wieden gelijke tarieven gehanteerd worden door het nieuwe waterschap Drents Overijsselse Delta. Dat is een wettelijke verplichting.

WGS was tot nu toe nog het enige waterschap in Nederland dat hetzelfde tarief in rekening bracht voor een hectare openbare weg als voor een hectare onbebouwde grond.

Bij de ingewikkelde berekening voor de kostentoedeling wordt de waarde van een hectare weg een normbedrag gehanteerd tussen € 842.000 en € 1.437.000 en voor een hectare spoorlijn € 12.523.000. Op beide categorieën wordt een korting van 25% toegepast in verband met veroudering. Als  waarde van een hectare ongebouwde grond wordt bijna € 41.000 aangehouden (alles prijspeil 2012). Een gelijk tarief voor een hectare weg of spoorlijn als voor een hectare cultuurgrond is gezien de waardeverschillen per hectare dan ook een vreemd verschijnsel.

Daarom, én omdat WGS het enige waterschap in ons land was dat geen rekening hield met voornoemde waardeverschillen, heeft de SGP-fractie ingestemd met een opslag van 100% per hectare wegen en spoorlijnen t.o.v. ongebouwde gronden. Ook speelde mee dat WRW deze opslag dus ook kende en de tarieven geharmoniseerd moesten worden.

Water Natuurlijk geeft op haar website aan dat zij de enige fractie was die aandacht vroeg voor gemeenten. Dat is echter onjuist. Vanaf het eerste begin heeft de SGP gevraagd om de eigenaren van wegen en spoorlijnen (gemeenten, provincie en Rijk) zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van een mogelijke forse verhoging van het tarief voor genoemde objecten. Begin september hebben wij onze verbazing er nog over uitgesproken dat dit toen nog niet gebeurd was. Het Dagelijks Bestuur antwoordde echter dat dit vooral kwam door de vertraging in de besluitvorming over instemming met de fusie door Provinciale Staten van Drenthe.
Op 18 september 2015 hebben de gemeenten een brief gehad over dit onderwerp. Daarvoor hebben de dagelijks bestuursleden de gemeenten ook nog gebeld. De situatie is uitgelegd en er zou begrip zijn voor de maatregel.

Van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen heeft behalve de Gemeente Steenwijkerland, geen van de gemeenten gebruik gemaakt. Daarom heeft de brief ook onze fractie verbaasd.

In de nieuwe kostentoedeling, waarover besloten is dat wij die in 2016 hopen op te stellen, zal de discussie ongetwijfeld terugkomen. Hoe de discussie ook verloopt, wat de SGP betreft is het ook dan gerechtvaardigd om een opslag van 100% te hanteren voor een hectare spoorlijn of weg ten opzichte van een hectare (cultuur)grond.

Jan Visscher