19 september 2013
Laboratoriumsamenwerking
In de vergadering van het Algemeen Bestuur (AB) van 19 september jl. is ons gevraagd om in te stemmen met de oprichting van een één gezamenlijke laboratoriumorganisatie van en voor zeven waterschappen.
Wij zijn, om het voorzichtig te zeggen, nooit zo gecharmeerd van grote organisaties. Vanuit die opvatting bezien wij dit voorstel ook.
Wanneer besloten wordt tot een gezamenlijk laboratorium wordt voorgesteld dit te doen in de vorm van een Gemeenschappelijke Regeling (GR). Wij hebben gelezen dat daar vanuit vooral verantwoordelijkheden en personele consequenties voor gekozen wordt. Dat heeft inderdaad, zo lang de ambtelijke status en rechtspositie is zoals die nu is, voordelen voor het personeel. Maar wij doen wellicht hier een gevaarlijke uitspraak, maar wat ons betreft, werd dat verschil zo snel mogelijk opgeheven.
In gemeenteland wordt ook op diverse terreinen gewerkt met (verplichte) gemeenschappelijke regelingen, zoals bijvoorbeeld GGD IJsselland, Veiligheidsregio, RUD. Onze ervaringen daarmee zijn niet altijd even positief. Het hoort een verlengstuk van de gemeenten te zijn, maar ze begrijpen de problemen van gemeenten lang niet altijd. Kosten houden heel vaak geen gelijke tred met die bij gemeenten. Bezuinigen ligt daar vaak heel moeilijk. Dan zegt u misschien gelijk dat wij daar zelf bij zijn, maar de GR is wel een aparte organisatie. Wij waarschuwen nu al om te voorkomen dat de GR te ver van de waterschappen af komt te staan.
Verder wordt voor de toekomst (vanaf 2017) een structurele besparing van €1,3 miljoen in het vooruitzicht gesteld. Wat ons betreft, is dat eerst zien en dan geloven.
Wij hebben vooralsnog geen zin om er veel woorden aan te besteden, omdat wij toch verwachten één van de weinigen te zijn, die niet warm loopt voor de samenwerking binnen één laboratoriumorganisatie.
Jan Visscher