Nieuw Dagelijks Bestuur benoemd

In de vergadering van 13 mei jl. is een nieuw Dagelijks Bestuur (DB) gekozen. Eerst konden de fracties hun mening geven over het coalitieakkoord 'Water in de samenleving'. De SGP heeft enkele zaken benoemd die de volle aandacht moet krijgen, niet alleen tot aan de fusie met Reest en Wieden, maar ook in het gefuseerde waterschap Drents Overijsselse Delta. Aan het eind van dit debat zijn de voorgedragen kandidaten unaniem gekozen.

Allereerst willen wij onze dank uitspreken aan de trekker van de onderhandelingen, Water Natuurlijk. Daarin betrekken wij ook de heer Van Lith de Jeude als (in)formateur en de ambtelijke ondersteuning. Totdat duidelijk werd welke partijen het nieuwe Dagelijks Bestuur (DB) zouden gaan vormen, hebben wij net als alle andere fracties, onze mening kunnen geven. En ook op het concept coalitieakkoord is gelegenheid gegeven om te reageren.

Op 26 maart jl. hebben wij in het duidingsdebat van de verkiezingsuitslag aangegeven dat het voor de hand lag dat de ChristenUnie (CU) en SGP samen, gelet op het aantal zetels, aanspraak op een DB zetel zouden kunnen maken. De SGP had de intentie om de lijstverbinding verder gestalte te geven. Voorwaarde was voor ons wel dat er een kandidaat zou worden voorgedragen die ervaring in het waterschapsbestuur heeft én door zou kunnen gaan in het waterschap na de fusie. Omdat de ChristenUnie meer zetels heeft, kwam dat uiteraard eerst toe aan die fractie. Helaas is ons niet gebleken dat hun kandidaten aan die voorwaarden zouden voldoen en gezamenlijk overleg hierover was er nagenoeg niet.
Dat heeft ons doen besluiten om geen verdere samenwerking met de CU na te streven.

Voordat wij aan het woord kwamen, heeft onder andere de heer Odink, fractievoorzitter van de ChristenUnie, het woord gevoerd. Hij betoogde dat het niet terecht was dat zijn fractie niet in het DB gekomen is. Zij waren, met de VVD, in zijn ogen de winnaars van de verkiezingen en moesten nu in aanmerking komen voor een DB zetel. Met geen enkel woord repte hij erover dat de CU die zetel geheel te danken had aan de (horizontale) lijstverbinding met de SGP. Was die lijstverbinding er niet, dan was de laatste restzetel niet bij de CU terechtgekomen (en waren zij op twee zetels blijven staan), maar had de SGP ook twee zetels behaald. Ook het CDA had in die situatie nog meer reststemmen dan de CU voor een extra zetel.

Programmatisch zitten SGP en CU niet op één lijn, maar wij hoopten met een agrariër bij de CU op nummer twee, het toch weer redelijk met elkaar eens te kunnen worden.

Nu ligt er een coalitieakkoord voor van Water Natuurlijk (WN), CDA, VVD en Bedrijfsgebouwd. Vooral van de fracties van CDA, VVD en Bedrijfsgebouwd hadden wij nog wat scherpere formuleringen verwacht in dit akkoord. Wij denken dan met name aan de beheersing van de tarieven, het takenpakket, maar ook beheer en onderhoud watersysteem.

Was het niet het CDA ( en dan wel in het bijzonder collega Henk Holmaat) dat in verkiezingstijd heel hard geroepen heeft dat het bijvoorbeeld afgelopen moet zijn met de lastenstijgingen en een als maar uitdijend takenpakket? Het roer moest volgens de nieuwe fractievoorzitter echt om. Ook de VVD wou de lastenstijging beperkt houden en zich focussen op de kerntaken.

En juist die zaken mist de SGP toch wel in het coalitieakkoord. Wij vinden formuleringen daarover nog vrij zwak. Wij hebben gelezen dat de lijsttrekker van de VVD bij Reest en Wieden op het punt van de kwijtscheldingsregeling en internationale samenwerking ook al bakzeil heeft gehaald. Zij hebben er mee ingestemd om dit de komende maanden tot aan de fusie zo te laten omdat de termijn te kort is voor nieuw beleid. Wij begrijpen dat op zich wel. Maar de piketpaaltjes om veranderingen te willen doorvoeren zijn in het nu voorliggende coalitieakkoord zelfs nog niet genoemd. Hoe denken de fracties van CDA, VVD en Bedrijfsgebouwd daar straks wel invulling aan te geven?
Want als het bij Reest en Wieden met CDA, VVD, Ongebouwd en Bedrijfsgebouwd niet lukt, dan vrezen wij dat dit ook moeilijk zal worden in het gefuseerde waterschap.

Openbaarheid van commissies wordt ook al weer genoemd. Als SGP zijn wij geen principieel tegenstander maar aan de meerwaarde ervan twijfelen wij nog wel. In gemeenteland hebben wij de omschakeling persoonlijk meegemaakt. Daar waar je voorheen in de besloten commissievergaderingen zag dat alle fracties open en vrijuit hun mening gaven, zag je dat men in de openbare commissievergaderingen vaak veel voorzichtiger formuleerde. Of de meerwaarde dan wel zo groot is, betwijfelen wij.

Ook de instelling van een rekenkamer wordt weer genoemd. Wil dat echt meerwaarde krijgen, dan gaat dit ook veel geld kosten. Ook hiernaar willen wij eerst wel eens een gedegen onderzoek zien. Daar kan dan ook zeker weer bij betrokken worden of er nu wél voldoende andere waterschappen mee willen doen.

Over beheer en onderhoud van het watersysteem wordt opgemerkt dat gerekend moet kunnen worden op draagvlak bij de ingelanden. Op dit moment is duidelijk dat er dat onvoldoende is. Maar er is wellicht hoop. In Spraakwater (personeelsblad WGS) van april 2015 lazen wij dat de geïnterviewde personeelsleden aangegeven hebben dat meer maatwerk hiervoor nodig is in het gefuseerde waterschap. Dat onderschrijven wij volledig.

De SGP is ingenomen met het op papier zetten van de gedane toezegging om in het gefuseerde waterschap bij voorkeur te gaan werken met een DB van drie leden uit de ingezetenen en twee leden uit de geborgde zetels.

Tot slot willen wij de beoogde kandidaten voor het DB van harte Gods zegen toewensen op hun arbeid.

Jan Visscher